"Ik ben Jezus, geboren als mens."
"Vandaag ben ik gekomen om veel dingen aan te spreken. Ik zou graag eerst over jouw land willen praten, nog voor de vijfde van de maand." (Jezus verschijnt aan Maureen en spreekt elke vijfde van de maand tot alle naties.)
"Mijn broeders en zussen, ik deel jullie pijn als jullie strijden om te herstellen van de verwoestende vernieling door de recente orkaan. Hier hebben onschuldigen samen met schuldig verklaarden geleden, wat ik over en over waarschuwde. Als ik spreek over de schuldig verklaarden, bedoel ik diegenen die homoseksualiteit goedkeuren, losbandig gedrag, vernieling van onschuldige mensen en allen die de Tien Geboden negeren."
"De moraal in dit land is verworden. God is uit scholen en openbare plaatsen verwijderd. Zo komt het dat de vernieling van het hart van deze natie leidt tot de fysieke vernieling van gebieden die veel zonde hebben ondersteund."
"Terwijl jullie proberen te herstellen, herbouw dan ook de moraal van jouw land. Wees niet zo dom om de echte oorzaak los te koppelen van het ramp. Zeg niet: 'God zou dit niet doen.' Kijk naar Sodom en Gomorrah. Leer uit het antwoord van het volk op Jona's waarschuwing in Nineve. Zo'n koning droeg zelfs zakkenkleed en as. Mijn Vader zag dat, en hij stuurde geen terreur over hen heen. Luister en leer."
"Ik sta niet onbetrokken bij jullie lijden kijkend toe. Ik lijd met jullie mee. Als jullie bidt voor deze slachtoffers, luister ik. Ik rouw met jullie, maar ik zal juichen met hen die berouwen."